leven

Leven zonder smartphone: twee maanden later

Vandaag (eindelijk!) weer eens een update op daisytown. Het had al veel eerder gekund, want zoals je weet ben ik mijn grootste bron van afleiding kwijtgeraakt: mijn mobiele telfoon.

En daar wil ik het over hebben. Even een update.

Want natuurlijk moest ik zo snel mogelijk weer een nieuwe mobiel. Ik koos ervoor om tijdelijk een van mijn vorige telefoons weer tevoorschijn te halen. Geen smartphone maar een dinosaurphone die inmiddels behoorlijk overleden is. Want indertijd kon ik er mee op internet (whatsapp and all), maar helaas krijg ik dat internet nu niet meer aan de praat en whatsapp wordt niet meer ondersteund. Ik kan nu dus alleen nog maar ouderwets bellen en sms’en.

En nog steeds, want ik heb nog steeds geen nieuwe.

Op zoek naar een nieuwe smartphone

Ik heb wel een beetje mijn huiswerk gedaan en gekeken wat er allemaal te koop is. Maar daar werd ik heel erg verdrietig van. Want er is zó ontzettend veel te koop (niet fijn voor iemand met keuzestress) en het is allemaal zó schandalig duur (als ik een vergelijkbare nieuwe telefoon wil). Plus dat ik ook over moet op een nieuw besturingssysteem, want ik had nog een Windows Phone. AAAAAAAAAH!

Keuzes, keuzes, keuzes. En vooral: veranderingen. Nieuwe dingen waar ik aan moet wennen. Gevalletje ‘ik weet wat ik heb en ik weet niet wat ik ga krijgen’. Maar ja, ik zal die keus tóch een keer moeten maken, dus kan ik het maar beter nú doen, dat scheelt weer uren vergelijkingssites checken.

Dus kom op, even door de zure appel heen bijten. In één keer die pleister eraf trekken.

Want eerlijk is eerlijk, de foto’s van mijn internetloze dinosaurus zijn niet om over naar huis te schrijven. Laat staan dat ik ze even snel naar opa en oma kan appen. Op dat cijfertoetsenbordje 😂

En dan heb ik het nog niet gehad over de gedeelde agenda. Ik maak nu afspraken onder voorbehoud: “Donderdag de 13e is goed, maar als het toch niet kan mail ik nog.”😇

Niet erg praktisch allemaal.

Waarom ik dan nog steeds met die ouderwetse dumbphone loop

In mijn vorige post schreef ik al over de ontwenningsverschijnselen die ik had van een paar dagen offline zijn. Over de neiging voortdurend te willen en moeten connecten. Over de behoefte om elk leeg moment in te vullen met iets ‘nuttigs’ en de behoefte te ontsnappen aan de echte wereld. Over het gevoel dat ik dommer werd met zo’n slimme telefoon.

Nu ik bijna twee maanden alleen maar kan sms’en en bellen ben ik nog meer gaan beseffen dat zo’n smartphone mijn kijk op de wereld heeft aangepast (aangetast?). Ik was gewend geraakt aan instant connecties, reacties en informatie. Ik dacht veel minder zelf na.

Ik ging ook gekke dingen doen. Zoals meteen naar mijn telefoon rennen als er een appje binnen kwam. Want dan kon ik nog snel even de preview van het bericht zien – de eerste paar woorden – waardoor ik het berichtje niet hoefde te openen als het niet belangrijk of dringend was, en de afzender nog geen blauwe vinkjes te zien kreeg! Want oei oei, die blauwe vinkjes! Als de afzender die kon zien, voelde ik me verplicht om meteen te antwoorden!

Nee, dan is zo’n sms sturen wel andere koek. Geen blauwe vinkjes, wat een verademing!

En dan dat prehistorische toetsenbord – 3x op de 3 drukken voor de letter f. Geweldig!

Nee, ontzettend k*t natuurlijk, maar het heeft er wél voor gezorgd dat ik op een andere manier berichtjes stuur. Ik voer geen ellenlange conversaties meer (dat ik berichten niet als conversatie kan zien op mijn dinosaurusphone heeft ook meegeholpen). Dus als ik nu iets typ, is het kort en krachtig, en vooral simpel. Als ik meerdere vragen wil stellen of wil overleggen bel ik tegenwoordig. Of ik wacht tot ik die persoon in real life zie.

Wat ik wel opvallend vind is dat ik ook bijna geen berichtjes meer ontvang. En dat terwijl mensen met een smartphone wél makkelijk tekst kunnen invoeren en hun berichten als conversaties kunnen zien. Maar blijkbaar is een andere app openen toch net een te hoge drempel. En dat vind ik helemaal niet erg. Want waar ik ‘vroeger’ toch elk berichtje wilde lezen om te zien of er tijdsdruk op zat (“vanochtend bakkie doen?”) , is nu bijna elk berichtje relevant/informatief/dringend. Scheelt een hoop scannen!

En het geeft een hoop rust.

Ook in fysieke zin. Want mijn dinosaurus is geen zakcomputer van honderden euro’s die makkelijk stuk kan. Of gestolen kan worden. Ik hoef niet altijd met een tas rond te sjouwen, want hij past in elke jas- of broekzak. En dan kan ik gewoon gaan zitten zonder dat ik bang hoef te zijn voor een gebroken scherm.

Onder de streep

Toen ik net met mijn dinosaurus de wereld in moest werd ik geregeld een beetje kribbig als ik weer eens moest uitleggen dat ik geen whatsapp had. Ik kreeg zelfs een keer de vraag of het “een bewuste keuze” was. Toen was ik nog boos dat ik geen smartphone meer had en dat ik gr$#&rrr moeite moest doen om iets aan die situatie te veranderen.

Maar inmiddels ben ik best tevreden met mijn prehistorische tool. Want dat is het, een stuk gereedschap. En gereedschap is er om dingen makkelijker te maken, gereedschap is geen extra kind dat om aandacht jengelt.

Ik sluit niet uit dat ik in de toekomst toch weer aan de smartphone ga. Maar voorlopig ga ik op stap met mijn dino.