Eerder postte ik een lijstje lijst met mijn onaffe handwerkprojecten. Ik ben inmiddels druk bezig om die lijst in een lijstje te veranderen (daarover later meer), maar ik wil het vandaag hebben over de Mystery Blankets die op dat lijstje die lijst staan.
Want zoals jullie weten doe ik sinds 2016 mee met de mystery blanket(s) van breiclub.nl. In 2016 ging ik helemaal los en meldde me voor maar liefst 3 dekens aan, twee haakdekens (een klein, een groot), en een grote breideken. Dit jaar (de deken van 2017) ging ik voor alleen de grote breideken. Eigenlijk wilde ik helemaal niet meer meedoen, maar ik vind de patronen van Club Geluk, die de deken van dit jaar hebben ontworpen, zo geweldig, dat ik daar best een deken van wilde hebben.
Dat ik dit jaar eigenlijk niet wilde meedoen had te maken met de breideken van 2016. Want vooral de breideken zorgde voor veel ergernissen van mijn kant (waar je hier meer over kunt lezen). Dat is ook de reden dat hij nog niet af is (en de haakdekens wel), en dat ik me dus niet opnieuw aan zo’n mysteryavontuur wilde wagen. Maar ja, die kleuren… die ontwerpers…
A-relaxt breien
Maar ook helaas, die patronen…
Net als vorig jaar is het met de deken van dit jaar ook niet verstand-op-oneindig-en-braaf-breien-wat-er-staat. En dat heeft vooral te maken met het formaat van de lapjes.
Elk lapje moet 20 x 20 centimeter worden, maar – je raadt het al – dat worden ze niet. Kijk maar eens op de foto hieronder, waar drie lapjes staan die elk 46 steken breed zijn. En dus niet elk 20 centimeter breed, of op zijn minst elk éven breed!
Het linkerlapje is slechts 12 centimeter breed, en dat terwijl ik twee extra kabels heb gebreid (waardoor het lapje dus zelfs meer steken heeft!). Het middelste lapje komt aardig in de richting met 19 centimeter en het rechterlapje is 17 centimeter breed.
Het rechterlapje is bewust véél te lang, om het uitrekken in de breedte op te vangen.
Maar ik kan lang en breed zeuren, op het bijbehorende forum van breiclub wordt gezegd dat ik ze gewoon moet blocken, en dat ze dan de juiste maat krijgen.
Nu block ik bijna altijd mijn breiwerk, dus ik word een beetje kriegel van deze opmerking. Want 8 centimeter ‘bij’blocken???
Maar goed, misschien kan dat toch wel…
Blocken
Ik heb alledrie de lapjes in een badje van lauw water met een beetje Eucalan gelegd. Daarna licht uitgewrongen en in een handdoek gerold om het meeste water er uit te krijgen. En dan… opspannen! En door dit opspannen hoop ik dat mijn blokken nu netjes de goede maat krijgen.
Je ziet dat het kabellapje enorm is uitgerokken en dat het rechterlapje niet zoveel extra ‘hoogte’ nodig had. Maar goed, de lapjes liggen nu braaf op een ruw matje, vastgemaakt met speldjes en kunnen dus geen kant op. Ik ben benieuwd of dit zo blijft als ik de speldjes verwijder…
Na het blocken
Twee dagen later, de lapjes zijn nu zeker droog. De speldjes mogen eruit. Tijd om ze weer op te meten, en te fotograferen:
De lapjes meten nu 18, 20 en 19 centimeter breed.
Tja, wat vind ik daar nu van… De perfectionist in mij vind dit niet ok, maar als ik de lapjes op elkaar leg, valt het onderlinge verschil best wel mee. Misschien dat het aan elkaar naaien van de lapjes de verschillen nog een beetje opheft. Ik hoop vooral dat er geen blokken gaan ’trekken’ of ‘lubberen’. Maar dat gaan we dus pas zien als alles in elkaar zit.
Perfectionist
De perfectionist in mij is toch niet helemaal tevreden met dit block-experiment. De perfectionist in mij vind het nog steeds vervelend dat er in de patronen (van de 2017-deken) gewoon geen rekening is gehouden met de gebruikte steken.
Want voor elk blok dat met garen x gebreid moet worden, moeten steeds weer precies y steken worden opgezet. En dit stekenaantal is precies gelijk aan de stekenverhouding die op de wikkel rond het garen zit.
Bovenstaande lapjes zijn allemaal gemaakt met Phildar Partner 3.5. Op de wikkel van dit garen staat dat 23 steken breed een lapje geeft van 10 centimeter breed. Als breister moet je dit altijd even testen, het kan zijn dat je een dikkere of dunnere naald nogdig hebt om deze breedte te breieken.
Maar wat wel essentieel is om te weten, is dat zo’n stekenverhouding iets zegt over het aantal steken per 10 centimeter, in TRICOTSTEEK. Als je andere steken gebruikt, kan het breder of smaller uitvallen.
Kijk maar eens naar het boord van een trui. zo’n boord is gemaakt met afwisselend rechte en averechte steken, waardoor het breisel een beetje in elkaar kruipt (het wordt ‘smaller’).
ja ik weet dat boorden van truien vaak ook uit minder steken bestaan om smaller te worden, maar…
Dit effect is ook aanwezig bij de lapjes hierboven. Het middelste en rechterlapje bestaan uit een patroon van rechte en averechte steken, en worden minder breed. Bij het kabellapje is het effect zelfs extra groot.
En nee, ik brei niet extreem strak. In de deken komen namelijk ook lapjes in tricotsteek, en die worden wel netjes 20 x 20 centimeter.
Kortom… nog even doorbijten
Wat ik graag had gezien bij zo’n deken met allemaal lapjes, is dat er bij het ontwerpen van de patronen rekening was gehouden met dit effect. Dat in een lapje waarin een meer ’trekkende’ steek gebreid moet worden ook meer steken moeten worden opgezet.
Want prima dat niet iedereen dezelfde hand van breien heeft, maar als je eenmaal een aanpassing voor het garen hebt gedaan (bijvoorbeeld een naald groter nemen omdat je wat strakker breit), zou het fijn zijn als deze aanpassing bij elk blok met dat garen voldoende was. Nu ben ik toch bij elk blok weer aan het kijken of ik misschien niet beter alvast wat extra steken op kan zetten, zoals ik bij het kabellapje heb gedaan. Én ik hou goed bij wat ik bij elk blok heb aangepast, omdat een aantal patronen meerdere keren gebreid moeten worden.
Maar ik heb er nu toch weer een beetje lol in. Want als ik de zak met garen openmaak word ik wel enorm blij van de kleuren! En dit block-experiment heeft laten zien dat de lapjes toch wel ergens rond de 19 x 19 centimeter gaan uitkomen. Dus misschien moet ik gewoon maar wat minder perfectionistisch worden…
En… zoals ik op Het Betere Breiwerk leerde: uithalen kan altijd nog!